Voorbeelden van het gebruik van Farris in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Farris, onze advocaat.
Het is agent Farris.
Kan Farris 't niet?
Blijkbaar had agent Farris informatie.
Het gaat om agent Farris.
Of Farris verving het tapijt.
Lindsey Farris heeft hier een postbus.
Lindsey Farris huurt hier een postbus.
Ik stel Judge Farris voor.
Lindsey Farris heeft hier een postbus.
Ik heb Mike Farris al gebeld.
Lindsey Farris huurt hier een postbus.
Farris ging ongescand een helikopter in.
Lindsey Farris huurt hier een postbus.
In uw rapport over agent Farris….
Lindsey Farris heeft hier 'n postbus.
Lindsey Farris heeft hier 'n postbus.
hulpsheriff Farris.
Jij bent toch Nick Farris?
U bent Nick Farris, toch?