Voorbeelden van het gebruik van Kip in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Broodje kip voor hier.
De kip legde 'n ei.
We hebben kip en groentepasta.
Waar moeten de kip en de eend dan wonen?
Maar ik had niet genoeg kip.
En m'n vader is een kip.
Ik heb nog nooit kip op een kampeerboerderij gehad.
Geen kip, geen vis, geen pasta.
Waarom pakte hij de kip en de harp?
Maar Kip is een player.
Gefrituurde kip van de Carnegie Deli.
Hoe je kip moet klaarmaken. Ik weet niet… Ik.
Hij had stuiptrekkingen. Zoals een kip.
Hij is een kip.
Nog wijn? Was dat kip of niet?
Ik heb die kip gekocht voor het avond eten!
Kip wordt er het meest gegeten.
Kip is een aardige vent, hè?
De kip is zo vers en met die lekkere kruiden… Is gewoon heerlijk.
We hebben kip, kalkoen en….