Voorbeelden van het gebruik van Programmeren in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ondersteuning en hulp bij het programmeren.
Ik weet niets over programmeren.
Ik zal nooit van m'n leven een computer moeten programmeren.
Bespaar op voorbereidingstijd via effectief programmeren.
Ik kan goed programmeren.
Ik heb iemand die je ontsteking kan programmeren.
Toegang: externe toegang voor programmeren en onderhoud.
Zeg dat ze ze moeten programmeren.
handafdruk in het systeem kunnen programmeren.
Het Korvetspaander 93C76 die van GM via spaander programmeren.
Dan moeten wij het kunnen programmeren.
Ik heb iemand die je ontsteking kan programmeren.
Voor snel en veilig programmeren.
Tenzij jij iemand hebt die een gecodeerde chip kan programmeren.
KUKA's nieuwe manier van programmeren.
Het enige wat Alycia beter kan dan programmeren, is liegen.
HMI voor PPT vision system integratie en vereenvoudigd programmeren.
Dat kunnen wij programmeren.
Tabel formaat om programmering en krachtige macro mogelijkheden te leren, programmeren en handiger.
Jij moet de drone programmeren.