Voorbeelden van het gebruik van Schelden in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
We hebben het schoolbeleid over schelden besproken?
Alleen dat ze bij opa begraven wordt, en dat wij niet schelden.
Niet schelden.
Op de vier pilaren van vriendschap… schelden, liegen, stelen en drinken.
Biggen, tackelen, stompen en schelden is vanaf nu verboden.
Je mag niet schelden.
Jij kan niet schelden.
Het spijt me. Ik wilde niet schelden.
Pol, telt schelden in het Zigeuners?
Jongens, laat deze kokosnoot je niet gek maken. Niet schelden.
Niet schelden.
Schelden is niet cool.
In stukken snijden is geen schelden.
Geen nekslagen, niet schelden, geen problemen veroorzaken voor ongebruikelijke stellen Niet onder de riem.
Ze heeft schelden en gooien toegevoegd aan haar repertoire.
Ik mag schelden van m'n stiefmoeder.
Niet schelden.
Zij schelden geen heffingen kwijt.
Toen ik mensen hoorde schelden. Ik ging net weg.
Jullie mogen huilen, schelden, me nooit meer willen zien, me haten.