Voorbeelden van het gebruik van Sofía in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Hoe gaat het met haar, en Sofía?
Eerst geloofde ik Sofía niet.
Ik ben er voor je, Sofía.
En? En ik was met mijn ex, met Sofía.
Guzmán weet waar Sofía is.
Ik weet het niet, Sofía.
Ze hebben Eva en Sofía besmet.
Weet hij waar Sofía is?
Geef me mijn dochter terug en ik red Sofía.
Maar voor Sofía had ik alles gedaan.
Die van Sofía ook. Onze vingerafdrukken.
Sofía is niet mijn prioriteit.
Dit is voor Sofía en voor jou.
Als je naar Sofía wil, moet je gaan.
Morgen gaat Sofía naar vijandelijk gebied.
Jij hebt Sofía in gevaar gebracht.
Eva. We moeten het rustig aan doen met Sofía.
Hé. Ze vermoeden dat er iets is met Sofía.
Ik wil niets te maken hebben met Sofía, m'n vader of z'n bedrijven!
Is het waar van Sofía?