Voorbeelden van het gebruik van Zool in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
M Darzac. Laat me uw zool zien.
Neem jij de zool maar.
Ze hebben zwarte bobbels op de zool.
Aarde op de zool.
Er zit modder op, maar de zool is gaaf.
Luister. De zool wordt geel.
Ze keek net naar je zool.
Ze keek naar je zool.
Ze heeft de zool vastgelijmd.
Eerst zet je je hiel neer en dan je zool.
Hiel en dan zool.
Er zaten sporen op de tip en op de zool.
Je mag de zool hebben.
Er zat een logo op de zool een soort schild.
Trainingsschoenen en dergelijk schoeisel met zool van rubber of van kunststof en bovendeel van textiel.
Alleen de zool.
De zool en zijkanten worden van één stuk leer gemaakt.
Strandslipper met polyethylene zool en PVC bandje.
Koop rode zool schoenen komen met doos schoenen en stofzak.
S zool voor het installeren van de noodhelmstok.