Voorbeelden van het gebruik van Bouwval in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ze leven al sinds de regen in deze bouwval.
Ze kunnen niet in deze bouwval wonen.
Kijk nog een laatste keer naar dit bouwval.
Alles wat goedkoper is in de buurt is een bouwval.
koopt hij deze bouwval?
Dit is een bouwval.
Het in 1989 gekochte bouwval(bouwjaar 1856) met 4000!
Een bouwval?
Die bouwval daar?
Het is een bouwval. M'n man boekte een fatsoenlijk hotel voor hem.
Niet zo'n Normandische bouwval.
We hebben hier een bouwval.
Het is een bouwval.
Het wordt tijd dat ze deze bouwval slopen.
Dat is geen bouwval.
Nee, het is een bouwval.
Het is een bouwval.
Weet je die achterkamer van dat bouwval buiten El Paso nog?
Ik ben bang dat ik geen predikant was toen ik jouw bouwval zegende.
Dat is een bouwval.