Voorbeelden van het gebruik van Snacken in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Dus niet snacken.
Ze waren gewoon aan het snacken.
Mr Shepherd stuurde een e-mail. Niet snacken.
Niet fraccen maar snacken.
Consumenten bewegen minder, maar snacken juist meer.
drinken en snacken(33).
Bedek jouw tafel tijdens het snacken met dit geweldige tafelzeil uit de Snack collectie.
Smaakvol en bewust snacken van de kwaliteitskroketten van Restaurant Valuas in Venlo.
De hele dag gratis snacken, bellen en de kantjes ervan af lopen.
Snacken met mahua telt niet.
Bistro sterren combineert gaming en snacken in een heerlijke ervaring.
Kunt u het probleem van snacken verminderen.
Drie maaltijden per dag zonder extra snacken.
Ze adviseerde ons stranden en hutten voor snacken.
Er zijn verschillende natuurlijke manieren naar het beteugelen eetlust en snacken overdag te beheren.
We snacken samen!
Of snacken bij de pretzelkraam?
Tussendoor liever snacken of niets eten?
Snacken, laat opblijven. Chillen.
Ik ga niet snacken… als ik een toilet ontstop.