Voorbeelden van het gebruik van Snurkt in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Fijne Halloween. En je snurkt als een trucker.
Wat is hier gebeurd? Hij snurkt.
Hij slaapt en snurkt als een beertje.
Jawel. Hij snurkt altijd.
Maar, helaas, hij snurkt.
Oordoppen voor als je snurkt.
Hij snurkt als 'n neushoorn.-Fantastisch.
Jawel. Hij snurkt altijd.
Je vriendje snurkt.
Als hij maar niet snurkt.
Hij snurkt als 'n neushoorn.-Fantastisch.
M'n nieuwe kamergenoot snurkt.
Ik snurk? Je snurkt.
Het hectische leven van Hector snurkt.
Elaine… leuk jochie maar ze snurkt.
Het spijt me. Jij snurkt.
Dat is gewoon mijn zus die snurkt.
Mijn nieuwe kamergenoot snurkt.
Waarom? Omdat je snurkt als 'n vuilniswagen.
Het is enkel de Rode Koning die snurkt.