Voorbeelden van het gebruik van Ze rust in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Misschien morgen. Ze rust.
Misschien morgen.- Nee, ze rust.
Misschien morgen.- Nee, ze rust.
Fijn. Ze rust.
Het is een wedstrijd-dag. Ze rust.
Ik zei: Nee… Ze rust uit.
Ze rust uit in haar kamer.
Ze rust.
Ze rust uit in het gasthuis.
Ze rust uit op het moment.
Ze rust nu, maar het gaat niet goed.
Eigenlijk is… ze rust wat uit.
Ze rust op haar kamer.
Ze rust uit in een gastenverblijf.
Ze rust uit. Hoe gaat 't met jou?
Ze rust wat.
Ze rust nu. De mijne ook.
Ze rust wat. Waar is Emily?
Ze rust. Hoe is het met haar?
Ze rust, de baby beweegt. Geweldig.