Voorbeelden van het gebruik van Vitus in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Zoek Vitus en zorg ervoor.
Vitus, wat doe je?
Hoor je dat, Vitus?
Vitus, je bent gek.
Bent u bezorgd, Vitus?
Vitus, doe de deur open!
Vitus douchet zich elke avond.
Sint Vitus Academie voor katholieke jongens.
Je zal niet winnen, Vitus.
Vitus zit al in de trein.
Heb je dat gehoord, Vitus?
Ben je blij, Vitus?
Ik hield ook van haar, Vitus.
Je zal alleen komen, Vitus.
U kan slapen, Vitus.
Je bent net als Vitus dus.
Wat is er, Vitus?
Goedenacht, Vitus, welterusten.
Is dat een uitdaging, Vitus?
Ze heeft al genoeg problemen met Vitus.