Voorbeelden van het gebruik van Herman in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Slachtoffer heet Herman Strunk.
Ik heb je gesnapt als Herman.
Ik ben niet langer Herman.
Ik heet Herman.
Je vriend. Hij heette Herman.
Denk je nou echt dat ik Herman zou lastig vallen?
Ik ga weer naar school en tref Herman.
Een knuffel van je oom Herman.
Denk bijvoorbeeld aan Herman Heijermans.
Daarnaast kan je altijd Herman bellen.
We hebben Herman beledigd.
Zij en Herman kozen ervoor om niet naar de bruiloft van Lily en James te gaan.
Ze is de zus van de overleden vrouw van Herman, maar Violetta weet niet
Herman probeerde James te steunen door hem te vragen in wat voor auto hij reed,
Oom Herman had dat goedgevonden omdat Hedwig zo'n vreselijke herrie maakte
Luitgard Toen zijn vader in 1061 hertog van Karinthië werd, kreeg Herman de titel markgraaf van Verona.
Oké, dus rechter Herman was Lucy uit Dracula,
een paar oude sokken van oom Herman gegeven p.
De heer Herman(PPE).-(FR) Mijnheer de Voorzitter,
De heer Herman( PPE).-( FR) Mijnheer de Voorzitter van de Raad,