Voorbeelden van het gebruik van Nick in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Geen Nick of Nellie?
En Nick Johnston?
Nick is een geweldige dokter.
Bel Nick Alexander in Bragg voor me.
Kijk eens hoe goed Nick en Emily zijn met onze kinderen.
Nick, wat heb je voor me?
Kies gewoon één nick en reageer telkens onder die naam.
Jij gelooft Nick, nietwaar?
Nick was laat thuis niet?
Nodig Nick niet uit voor koffie
Ik weet niet zeker of Nick zal reageren als al de anderen.
Daarom had Nick het wapen.
Nick is niet meer ziek?
Nick Miller, jij bent een.
Nick is niet absent,
Misschien nam ze zowel Nick als haar walgelijke ex te grazen.
Nick, ze hebben Monroe meegenomen.
Nick Van Perranporth.
Nick, dat is een goed idee.
Leo zit bij Whiskey Nick.- Hoe weet je dat?