Voorbeelden van het gebruik van Zijn auto in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Zorg Hij Niet Voor Zijn Auto Na Een Race?
Ik moet weten of zijn auto hier elke avond geparkeerd stond.
Zijn auto.
Ik hoorde zijn auto vertrekken.
Waar is zijn auto?
Je moet verder kijken dan zijn auto of wat hij aanheeft.
Zijn auto werd gestolen.
Ga zijn auto halen.
En twee lijfwachten beneden en twee in zijn auto.
reed hij zijn auto tegen een student.
daar stond die man met zijn auto.
Controleer het lichaam en doorzoek zijn auto.
Blijf van mijn maatje en zijn auto af.
Zeg dat ze blijven zoeken zijn huis, zijn auto, alles.
Dale Ledgerwood heeft een vaatje achterin zijn auto.
Ramirez komt hier aan met zijn mannen en hij wacht buiten zijn auto.
Dat kan iedereen zijn auto zijn. .
Feitelijk is het niet eens zijn auto.
Dat moet Quentin zijn auto zijn. .