FUMABA - vertaling in Nederlands

rookte
fumar
tabaquismo
tabaco
humo
el cigarrillo
ahumar
fumador
hij rookte
fumaba
was een roker
roken
fumar
tabaquismo
tabaco
humo
el cigarrillo
ahumar
fumador
rookten
fumar
tabaquismo
tabaco
humo
el cigarrillo
ahumar
fumador
gerookt
fumar
tabaquismo
tabaco
humo
el cigarrillo
ahumar
fumador
ik rook
rookkte

Voorbeelden van het gebruik van Fumaba in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Computer category close
  • Programming category close
Yo tenía un amigo que fumaba.
Ik had een vriendje dat rookte.
Y fumaba una pipa.
En ze rookte pijp.
porque la víctima fumaba marihuana?
ons slachtoffer marihuana rookte?
Ella también fumaba unos 30 cigarrillos al día y comía muy poco.
Ze heeft ook gerookt 30 sigaretten per dag en nauwelijks aten.
Y siempre fumaba cuando estaba disgustada.
En ze rookte altijd als ze van streek was.
Me gustaba un chico que fumaba.
Ik vond iemand leuk die rookte.
Antes fumaba como una chimenea.
Vroeger rookte ik als een schoorsteen.
Fumaba, hacía trampa en los juegos de naipes
Ze rookte non-stop, speelde vals met kaarten
¿Fumaba mucha ganja entonces?
Rookte hij veel wiet destijds?
Fumaba crack en Baltimore.
Ze rookte crack in Baltimore.
Fumaba demasiado y lo sabía.
Ik rookte te veel, dat wist ik..
Fumaba en cuarto grado.
Ze rookte in de 4e klas.
Tiempo fumaba un cigarrillo, bueno, últimamente es de 4 ФМА.
Lange sigaret rook, nou, de laatste tijd is het 4-FMA.
Nos enteramos de que fumaba cristal, así que, siempre puede ser peor.
We ontdekten dat ze meth rookte, dus het kan altijd erger.
A la edad de 17 años, fumaba marihuana casi todos los días.
Op zeventienjarige leeftijd rookte ik iedere dag marihuana.
Espera, espera, Ava dijo que no fumaba.
Wacht, Ava zei dat ze niet rookte.
Fumaba en el instituto.
Op school rookte ik ook.
Me preguntó cuánto fumaba".
Dus ik vroeg hoeveel ze rookte.
Fumaba,"El infierno son tus hijos." Ella era la peor.
Ze was kettingroker.'De hel zijn je kinderen'.
Podemos probar que estaba con Luchino mientras fumaba esa mañana.
Wij kunnen bewijzen dat jij bij haar was die morgen dat ze rookte.
Uitslagen: 467, Tijd: 0.0569

Top woordenboek queries

Spaans - Nederlands