Examples of using Bedrust in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Dus… bedrust.
Dus… bedrust.
Vierentwintig uur bedrust.
Nu, adviseer ik bedrust.- Goed.
Nu, adviseer ik bedrust.- Goed.
In de regel krijgen zieke vrouwen bedrust en antibiotische behandelingen toegewezen.
Bedrust en veel drinken zijn de enige kuur.
Na haar 10-daagse bedrust in het ziekenhuis.
Veel bedrust, ontstekingsremmers en dan langzaam weer opbouwen.
Nog een dag bedrust en ga door met het infuus.
Ik krijg misschien bedrust.-Ja. Geweldig.
Nog een dag bedrust en stuur haar dan maar weg.
Nog een dag bedrust en stuur haar dan maar weg.
Je hebt bedrust nodig.
geen stress en veel bedrust.
De arts zei dat je drie weken bedrust had.
Anders geef ik je bedrust.
Eerste keer, is het wenselijk om te voldoen aan bedrust.
dus gedwongen om te voldoen aan bedrust;
U moet bedrust nemen.