Examples of using Botsten in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
En toen botsten we tegen hem op.
Ze botsten tegen me in de metro.
Botsten we net als jij, tijdens de quickstep. Maar toen.
De vogels botsten.
Fantasie en realiteit botsten en ze stierf. Een grote vergissing.
ideeën samenkomen en botsten.
Twee auto's botsten frontaal op elkaar.
Draag ze vet, botsten en opgestapeld op dik.
We botsten bijna tegen een bus!
En dan jaren later, botsten ze willekeurig tegen elkaar bij de RDW.
Botsten we net als jij, tijdens de quickstep. Maar toen.
Ik volgde de verdachten in de auto tot we botsten.
Carrièrebelangen en verantwoordelijkheden thuis kunnen botsten deze maand.
Geen idee hoe hij de bal vasthield. Ze botsten.
Anabelle en ik botsten over bepaalde keuzes.
Botsten we net als jij, tijdens de quickstep. Maar toen.
Die dag dat we op die auto botsten na de klus in Enfield.
De twee daders vluchtten en botsten in die auto.
We botsten meteen.
Ze botsten met een klein vliegtuig met 21 passagiers.