Examples of using Burt in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Burt hier. Nancy, Mindy.
Mindy! Burt hier. Nancy!
Burt hier. Nancy! Mindy!
Burt alstublieft.
Burt wat is het?
Burt, wat is er?
Mindy! Burt hier. Nancy!
Burt, wat doe jij?
Burt hier. Nancy! Mindy!
Begrepen? Burt hier?
Nancy, Mindy. Burt hier.
Heeft Burt Young officiële Sociale Media profielen?
Burt wil m'n borsten strelen omdat dat geluk brengt.
Ik vond Burt op de set.
Burt heeft gelijk.
Daar heb je Burt Reynolds en Michael Jeter!
Wat Burt heeft?
Wat doet Burt hier?
Ik ben Burt Preston voor Diane Lockhart.
Ik zag Burt Preston daarbuiten.