Examples of using De cider in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Weet je niet dat die sigaret de cider verpest?
Ik had aan de cider gezeten.
Ik geniet van de Cider Mill-optocht.
Hoofd subcategorieën- de cider productieapparatuur.
Hoe duur is de cider?
We zullen alles gewoon door de cider zetten.
Ik zeg: Bedankt voor de cider.
M'n goede fee… Vergeet de cider niet.
Hier stond het gemaal en werd de cider opgeslagen.
De cider van de halfdroge boer is fruitig,
En wanneer je de cider verstookt, krijg je calvados,
maar… De cider is niet echt een baan, het is een project.
verwelkomde ons met de Franse cider, koekjes en verse courgettes.
Ten eerste is er de Gastronomie: start met de Cider/Calvados- en kaasroute.
Dit hotel bevestigt zich op 10 km afstand van Perry\'s Cider Brewery and Museum.
Hoe is de cider?
Ik ga de cider pakken?
Wacht even! Ik heb de cider hier.
Je zit dus wel aan de cider?
De cider, de kalkoen en de aardappelen doen hun werk.