Examples of using Echt feest in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ook in de Belgische Ardennen is het vieren van Carnaval echt feest.
Ik was nooit naar een echt feest geweest.
We zullen ze 's laten zien hoe je echt feest viert.
Mijn leven is tegenwoordig een echt feest.
Nu is het echt feest: de Canadezen zijn er!
Picture: Nu is het echt feest: de Canadezen zijn er!
Een potje bergbraambessen kan van een gewoon theekransje een echt feest maken.
Bovendien is het plukken op deze manier een echt feest!
Welke suikerdecoratie maakt van uw product een echt feest?
Vandaag is het echt feest.
Zo wordt het een echt feest.
Klinkt als een echt feest.
Hé man, we komen een Vex tekort voor een echt feest.
Dit is geen echt feest.
Als ze hier feestvieren, dan vieren ze ook echt feest.
Een taartje erbij en het was echt feest!
Het resultaat: een echt feest!
Zo wordt het een echt feest.
En het is geen echt feest.
Wil je nu 'n echt feest?