Examples of using Manipuleer in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Manipuleer de persoon die de gegevens leest.
Manipuleer hem.
Manipuleer je vrienden.
Ik manipuleer mensen.
Manipuleer je moeder maar zoals je altijd doet.
Manipuleer de wacht eerder dan de schede.
Manipuleer me niet zo.
Hoe manipuleer je iemand het best?
Manipuleer je mij ook zo?- Welterusten.
Welterusten. Manipuleer je mij ook zo?
Manipuleer je mij ook zo?-Fijne avond.
Manipuleer het perspectief op een van de beschikbare manieren.
SpeedGrade Manipuleer licht en kleur in filmmateriaal.
Jij denkt dat ik alle vrouwen manipuleer.
Ik manipuleer je misschien om risico voor mezelf te creëren.
Ik manipuleer de tijd en ruimte.
Ik manipuleer je DNA.
Wacht. Mij manipuleer je niet weer.
Ik manipuleer graag.
Ik manipuleer. Goed.