Examples of using Reis in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Reis met hem en u zult het ontdekken.
Dat ik een reis rond de wereld kan voltooien in 80 dagen.
De reis van de Phoenix is geslaagd.
De reis is een gedeelde ervaring van liefde en genade.
We zijn op reis en we zijn meiden.
Meeteenheden(kilometers of mijlen) van de reis.
Wil je een reis naar Jupiter boeken?
Neem meer mee op reis met de levendige Collaps-collectie.
Laat de reis beginnen.-Het is lekker.
Het is z'n eerste reis na lange tijd.
Tijdens onze reis naar de nieuwe wereld.
Mijn reis begon in de Kerk.
Ja, m'n reis naar Peru was geweldig.
Meeteenheden(kilometers of mijlen) van de reis.
Een reis naar een andere realiteit heeft consequenties.
Wil je een reis naar Astoria boeken?
Op reis met uw baby Stressvrij reizen.
Laat de reis beginnen.-Het is lekker.
Dit is onze reis naar het hart van dat mysterie.
Melanie Mitchell. Reis je vaak met de president?