Examples of using Zij wisten in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Zij wisten alles.
Ik weet wat zij wisten.
En zij wisten niet, wat zij Hem antwoorden zouden.
Zij wisten tijdloze elegantie
Zij wisten dat het de Heer was.
Nee, zij wisten het allang.
Zij wisten dat het de Heer was.
Maar zij wisten niet dat hij met hen sprak over de vader.
Zij wisten dat er camera's in het gebouw waren.
Zij wisten van het noodlot. Maar wat hadden wij kunnen doen?
Zij wisten dit al langer.
Zij wisten de juiste code.
Doch zij wisten niet, dat het kwaad hen treffen zou.
Want zij wisten, dat het de Heer was.
Zij wisten het. Ik hoorde ze.
Zij wisten dat wij kwamen, waarom hebben ze er maar één gestuurd?
Zij wisten dat de dood beter dan gevangenschap is.
En zij wisten een publiek te bespelen,!
Zij wisten dat geloofszaken kneedbaar in plaats van statisch moesten zijn.
En zij lachten Hem uit, omdat zij wisten dat zij gestorven was.