AFFABLE in Dutch translation

['æfəbl]
['æfəbl]
vriendelijk
friendly
kind
kindly
nice
helpful
courteous
gracious
nicely
polite
gentle
minzaam
affable
graciously
benign
condescending
friendly
kind
affably
condescendingly
minzame
affable
graciously
benign
condescending
friendly
kind
affably
condescendingly
sympathieke
sympathetic
responsive
likeable
nice
sympathetically
friendly
congenial
likable
pleasant
endearing
aardig
nice
kind
pretty
friendly
sweet
quite
good
lovely
nicely
gentle
prettig
pleasant
nice
comfortable
good
pleasure
enjoyable
great
happy
comfortably
enjoy
innemend
take
occupy
ingest
seize
sympathiek
sympathetic
responsive
likeable
nice
sympathetically
friendly
congenial
likable
pleasant
endearing
de innemende
welbaar
affable

Examples of using Affable in English and their translations into Dutch

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
The neighbors are affable and helpful.
De buren zijn vriendelijk en behulpzaam.
A very human-oriented, affable foal with a great character.
Een zeer mensgericht, minzaam veulen met een geweldig karakter.
Be nice, affable.
Wees aardig, beschikbaar, vriendelijk.
Kjarkur is a friendly and very affable stallion with excellent character.
Kjarkur is een vriendelijke en zeer minzame hengst met een uitstekend karakter.
He is very affable and good in his dealings.
Hij is zeer minzaam en goed in zijn transacties.
stately, affable.
statig, sympathiek.
Julie is very dynamic, affable and responsive.
Julie is zeer dynamisch, vriendelijk en sympathiek.
Speechless: a real holiday of relaxation guests of gentle affable and friendly people.
Zonder woorden: een echte vakantie ontspannen gasten van zachte minzame en vriendelijke mensen.
He was affable and loved to tease without wounding.
Hij is minzaam en mag graag mensen plagen zonder te kwetsen.
You're too affable.
Je bent te vriendelijk.
But yeah, that sweet, affable guy is the Library.
Maar ja, die lieve, minzame man is de Bibliotheek.
very affable.
zeer minzaam.
He's affable.
Hij is vriendelijk.
Furthermore, Alpha has a very good character and is affable.
Bovendien heeft Alpha een zeer goed karakter en is het minzaam.
Very affable.
Erg vriendelijk.
She was very cooperative and affable.
Ze was erg coöperatief en minzaam.
Your Ladyship is very affable.
Dat is heel vriendelijk.
playful and affable.
speels en minzaam.
People think I'm affable.
Want men denkt dat ik vriendelijk ben.
Therefore, it is very trusting, helping and affable.
Daarom is hij zeer vertrouwend, en minzaam.
Results: 145, Time: 0.0588

Top dictionary queries

English - Dutch