DO A THING in Dutch translation

• doen

Examples of using Do a thing in English and their translations into Dutch

I-I-I would never do a thing like that.
Zoiets zou ik nooit doen.

She can't do a thing.
Zij kan je niks doen.

So settle in. And we're gonna do a thing first.
We gaan eerst iets doen, dus hou je vast.

He would never do a thing to hurt you.
En het zou nooit doen iets om je pijn te doen,.

And we're gonna do a thing first, so settle in.
We gaan eerst iets doen, dus hou je vast.

If I do a thing, I like to know why I'm doing it.
Als ik iets doe, wil ik weten waarom.

I do a thing, he forgives.
Ik doe iets, hij vergeeft me.

You would never do a thing which required my forgiveness.
Jij zou nooit iets doen wat mijn vergiffenis vereist.

You would never do a thing which required my forgiveness.
Jij zou nooit iets doen wat ik jou moest vergeven.

No one has to do a thing.
Niemand hoeft iets te doen.

You would never do a thing which required my forgiveness.
Jij zou nooit iets doen waarvoor ik je vergiffenis zou moeten schenken.

When you do a thing, you do it to the utmost.
Als jij iets doet, doe je het goed.

You do a thing when you lie.
Je doet zoiets als je liegt.

We won't do a thing until you give us the thumbs up.
Wij zullen geen ding doen tot u ons de duimen opgeeft.

Without you having to do a thing.
Zonder dat u er iets voor hoeft te doen.

And you hardly have to do a thing yourself.
En dat terwijl u er zelf bijna niets voor hoeft te doen.

Without you having to do a thing.
Zonder dat jij daar ook maar iets voor hoeft te doen.

None of us have to do a thing.
Niemand van ons hoeft iets te doen.

We're gonna do a thing.
We gaan iets doen.

God looks at how we do a thing and he judges.
God kijkt naar hoe we de dingen doen.