LEARN FROM EACH OTHER in Dutch translation

[l3ːn frɒm iːtʃ 'ʌðər]
[l3ːn frɒm iːtʃ 'ʌðər]
van elkaar leren
to learn from each other
to learn from one another
teach each other
learn from eachother
leer van elkaar
learn from each other
leert van elkaar
van elkaar leert
to learn from each other
to learn from one another
teach each other
learn from eachother
elkaar leren
teach each other
learn from each other
taught together

Examples of using Learn from each other in English and their translations into Dutch

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Give us a chance we can learn from each other.
Geef ons een kans, we kunnen van elkaar leren.
They learn from each other and from the INVK.
Zij leren van elkaar en van het INVK.
We learn from each other and share with each other..
We leren van elkaar en delen met elkaar..
Participants learn from each other and from expert guest speakers.
De deelnemers leren van elkaar en van de deskundige gastsprekers.
They learn from each other.
Zij leren van elkaar.
Robots learn from each other on'Wiki for robots.
Robots leren van elkaar via'Wiki voor robots.
Offenders learn from each other.
Daders leren van elkaar.
We learn from each other and from our mistakes.
We leren van elkaar en van onze fouten.
You learn from each other.
Jullie leren van elkaar.
We use best practices and learn from each other.
We maken gebruik van best practices en leren van elkaar.
You are my friend and we learn from each other.
Jij bent mijn vriend en wij leren van elkaar.
We respect each other and learn from each other.
We respecteren elkaar en leren van elkaar.
They form a global network and learn from each other.
Ze vormen een wereldomspannend netwerk en leren van elkaar.
They play, romp and learn from each other.
Ze spelen, ravotten en leren van elkaar.
Make mistakes and learn from each other.
Fouten maken en leren van elkaar.
In the sessions you also learn from each other.
In de sessies staat ook het leren van elkaar.
We listen to and learn from each other.
Wij luisteren naar en leren van elkaar.
We listen, give feedback and learn from each other.
We luisteren, geven feedback en leren van elkaar.
The two disciplines can learn from each other.
Beide vakgebieden kunnen leren van elkaar.
But most importantly, the participants learn from each other.
Maar belangrijker nog is dat de deelnemers leren van elkaar.
Results: 285, Time: 0.052

Word-for-word translation

Top dictionary queries

English - Dutch