BIND - vertaling in Nederlands

bind
fesseln
bindung
verpflichten
verbindlich
festbinden
das binden
maak
machen
erstellen
werden
bauen
schaffen
reparieren
bringen
tun
haben
treffen
doe
tun
machen
unternehmen
erledigen
antun
schaffen
anstellen
haben
lassen
spielen

Voorbeelden van het gebruik van Bind in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Bind mich los und du bekommst einen Kuss!
Maak me los voor 'n knuffel!
Bind ihr die Beine fest!
Bind haar benen vast!
Bind es irgendwo fest. Sie seufzt.
Bind 't vast. Ik geloof dat 't lang genoeg is.
Bind mich los, bevor sie mich erneut angreifen.
Maak me los voor ze weer aanvallen.
Bind das Seil irgendwo fest.
Bind het touw ergens vast.
Bind mich los und du bekommst einen Kuss!
Maak me los en ik knuffel je!
Hier, bind es damit zusammen.
Hier, bind het samen met dit.
Bind mich los, bitte!
Alsjeblieft, maak me los!
Bind ihn an einen Sessel.
Bind hem aan een stoel.
Bitte, bind mich los!
Alsjeblieft, maak me los!
Ross, bind mich los, bitte!
Ross, maak me los, alsjeblieft!
Bind mich fest.
Bind me vast.
Bind mich los!
Maak me los!
Bind ihn fest, Nicole. Sei still!
Stil. Nicole, bind hem vast!
Bind mich los! Bind mich los!
Goede Odin, maak me los!
Bind es ab mit deinem Gürtel.
Pak je riem, bind het af.
Bind dir die Schuhe zu.
Maak je veters vast. Dat kun je best.
Dave, hol Seile, bind ihre Hände zusammen.
Dave, haal touw, bind hun handen vast.
Spinnst du? Bind sie los!
Ben je gek? Maak haar los!
Hast du"Double Bind" gesehen?
Double Bind… ja, ik heb het ook gezien?
Uitslagen: 88, Tijd: 0.0366

Bind in verschillende talen

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands