COLUM - vertaling in Nederlands

• colum
• collum

Voorbeelden van het gebruik van Colum in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Die meisten, die mit Colum trinken, liegen nach dem zweiten Glas unter dem Tisch.
De meeste mensen die met Collum drinken liggen na het tweede glas onder de tafel.

Wenn Jamie seinem Onkel Colum den Eid schwört, dann wäre er sein Nachfolger als nächster Laird.
Als jamie belooft trouw aan zijn oom, column, Dan zou hij in de rij om te slagen als Laird.

Colum ist eingetroffen.
Colum is gearriveerd.

Weiß Colum Bescheid?
Weet Colum het?

Colum bezahlt ihn gut.
Colum betaalt hem goed.

Colum wünscht Sie zu sehen.
Colum wil je zien.

Colum wusste es auch.
Colum wist het ook.

Colum kämpft für die MacKenzies.
Colum vecht voor de MacKenzies.

Colum hat seinen eigenen Willen.
Colum heeft zijn mening.

Colum MacKenzie, nehme ich an.
Colum Mackenzie, neem ik aan.

Colum hat mich zu sich bestellt.
Colum heeft mij bij zich geroepen.

Colum und Dougal haben ihren Zwist beigelegt.
Colum en Dougal hebben hun ruzie bijgelegd.

Was will Colum, was ich tue?
Wat wil Colum dat ik doe?

Also hat Colum seine Meinung geändert?
Is Colum van mening veranderd?

Dann hat Colum seine Meinung geändert?
Colum veranderde dus van gedachten?

Ich gab Colum mein Wort, nicht dir.
Ik gaf die belofte aan Colum, niet aan jou.

Nicht so grausam wie Colum sein wird.
Niet zo wreed als Colum zal zijn.

Colum wollte meine Mutter mit Malcolm Grant verheiraten.
Colum wilde dat ze met Malcolm Grant trouwde.

Dann hattest du kein Glück mit Colum?
Geen geluk met Colum dus?

Dougal MacKenzie wissen… Seinen Bruder Colum… Die.
Dougal MacKenzie… zijn broer Colum… de… de Jacobitische opstand.