FRUCHT - vertaling in Nederlands

• vrucht
• fruit
• resultaat
• vruchten

Voorbeelden van het gebruik van Frucht in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Jede Frucht muss reifen.
Elke vrucht moet rijpen.

Und die Frucht von Hisya? -Ja?
Ja. En Fruit van Hisya?

aber sie ist nicht die Frucht des Mordes.
maar niet het resultaat van moord.

Genießt die Frucht des Lebens, meine jungen Freunde.
Geniet van de vruchten van het leven, mijn jonge vrienden.

Diese Frucht ist nur eine Erscheinung, Der universelle Geist.
Die vrucht is slechts de verschijningsvorm.-De Universele Geest.

Die gebogene, gelbe Frucht.
Gebogen, geel fruit.

Die glücklichen bis ihr Land und genießen die Frucht.
De gelukkigen telen hun land en genieten van de vruchten.

Gesegnet sei die Frucht.
De vrucht zijn gezegend.

Mit 0,16% echter Frucht.
Met 0,16% echt fruit.

RT Tropenkultur(5631) RT tropische Frucht.
RT teelt van tropisch gewas(5631) RT tropische vruchten.

Die Frucht des giftigen Baumes.
Vrucht van de giftige boom.

Er hat die Frucht geliefert, Duck.
Hij leverde het fruit, Duck.

Pflanzliches Erzeugnis Kaffee Kakao Tee Tropenkultur tropische Frucht.
Plantaardig produkt cacao koffie thee teelt van tropisch gewas tropische vruchten.

Wie geht es der Frucht unserer Liebe?
Hoe is het met de vrucht van onze liefde?

Gesegnet sei die Frucht.
Gezegend zij het fruit.

Was stört, wenn Sie keine Frucht haben!
Wat stoort als je geen vruchten hebben!

Nein, Kumpel, das ist eine Frucht.
Nee, maat, dat is een vrucht.

Wissen Sie, wo diese Frucht herkam?
Weet u waar dit fruit vandaan komt?

Sehr schöne zitronengelbe oder goldene Frucht.
Zeer mooie citroen-gele of gouden vruchten.

trug ich nur eine Frucht.
al droeg het maar één vrucht.