OPTIMIST - vertaling in Nederlands

optimist
optimistisch
optimismus
eine optimistin
optimistisch
zuversichtlich
optimist
optimismus
hoffnungsfroh

Voorbeelden van het gebruik van Optimist in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Du warst schon immer ein Optimist.
Jij bent altijd de optimist.
Er ist ein Optimist.
Hij is een optimist.
Ich bin zwar Optimist, aber es ist trotzdem schön, es zu hören.
Ik ben dan wel een optimist, maar het blijft leuk om te horen.
Und Teufel noch mal, ich bin Optimist.
En ik ben een verdomde optimist.
Ich bin verdammter Optimist.
Ik ben een verstokte optimist.
Wieso? Im Gegensatz zu dir bin ich Optimist.
In tegenstelling tot jou, ben ik een optimist. En waarom?
Der Optimist. Aber wir müssen sie finden.
De optimist. Maar we moeten haar vinden.
Doch das war ein Fortschritt. Nenn mich Optimist.
Noem me een optimist, maar we maken vooruitgang.
Mein ewiger Optimist.
Mijn eeuwige optimist.
Unser Optimist hat mehr erwartet.
Hij is een onverbeterlijke optimist.
Warum bist du so ein Optimist?
Waarom ben jij zo'n optimist?
Sagt der Optimist der Familie.
Dat zegt de positiefste van de familie.
Du bist'n echter Optimist.
Je bent een echte optimist.
Patriot und Optimist, Teure Siba, als Demokrat.
patriot en optimiste, waardeer ik je zeer. als democrate.
Aber ich bin Optimist.
Maar ik ben een optimist.
Ich bin ein Optimist, kein Idiot.
Ik ben een opportunist, geen idioot.
Ich hingegen bin Optimist.
Ik, daarentegen, ben een optimist.
Der ewige Optimist spricht.
Zei de eeuwige optimist.
Tut ihr nicht, du Optimist.
Je bent een optimist.
Es ist nicht falsch, ein Optimist zu sein.
Er is niks mis mee om een opportunist te zijn.
Uitslagen: 210, Tijd: 0.027

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands