Voorbeelden van het gebruik van Serben in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Du hast die Serben getötet.
Ich kann nicht alle Serben hassen.
Ik kan niet alle Serviërs haten.Wir sind bosnische Serben.
We zijn Bosnische Serviërs.Sag es den Serben.
Zeg het tegen de Serviërs.Seid Ihr Serben?
Die meisten von ihnen waren Serbisch-Orthodoxe Serben.
Am 1. Dezember 1918 wurde das Königreich der Serben, Kroaten und Slowenen proklamiert.
Montenegro werd opgenomen in het Koninkrijk van Serven, Kroaten en Slovenen op 1 december 1918.Heute scharen sich dieselben Serben in einer rein nationalen Reaktion um ihn.
Nu scharen de Serviërs zich vanuit een louter nationalistische reflex als één man achter hem.Den Serben töten?
Um diesen Serben in einem Park umzulegen?
Trevors man die Serviër laten mollen in een park?Es gab da diesen Serben, General Radik.
Er was een Serviër, generaal Radik.Aber die Serben mit ins Boot holen?
Maar die Serviër erbij halen?Dre macht heute den Serben kalt, im LeBlanc Hotel.
Dre gaat die Serviër omleggen in het LeBlanc Hotel.Die Serben haben sie getötet.
De Serviërs hebben Gloria vermoord.Waren es wirklich Serben?
Waren het Serviërs?Wir fragen den Serben, Drift und die ganze Bagage.
Ik zeg we regelen de Serviër en Drift, enkele van hun vrienden.Zusammen mit einem Serben.
Samen met een Serviër.Das nächste Mal taucht er auf, als er in Bosnien Serben bekämpft.
De volgende keer dat we hem zien, zit hij in Bosnië tegen Serviërs te vechten.Ich vertraue auf die Selbstachtung der Serben.
Ik geloof in zelfrespect voor Servië.Die gesetzte Frist wurde von den Serben ignoriert.
De Servische kandidaat werd volledig genegeerd door de Montenegrijnen.
