KEYCARD - vertaling in Nederlands

• keycard
• sleutelkaart
• kaart
• pasje
• key-card
• sleutelpas
• pas
• winkelpas

Voorbeelden van het gebruik van Keycard in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

Somebody could have swiped his keycard.
Lemand kan z'n pasje hebben gestolen.

This is your keycard.
Dit is jouw winkelpas.

he gave me that keycard.
gaf hij me de key-card.

That just left did not need to show a keycard. Because the white people.
Die witte mensen hoefden net geen kaart te laten zien.

Take your keycard.
Pak uw sleutelpas.

Standard keycard for the building.
Standaard pas voor het gebouw.

But the keycard was only used in one place.
Maar de keycard is maar op één plek gebruikt.

It's a keycard I gave Sergeant Wright.
Het is, een sleutelkaart die ik Sergeant Wright gaf.

Only he uses it and only his keycard calls the lift.
Alleen hij gebruikt hem en alleen zijn pasje roept de lift.

I'm waiting for the keycard from Tony.
Ik wacht op de key-card van Tony.

Unfortunately, without your keycard, I cannot give you a towel.
Helaas mag ik u zonder kaart geen handdoek geven.

Never put your keycard with your phone.
Nooit je pas bij je telefoon bewaren.

I'm gonna need to see your keycard, ma'am.
Ik moet uw keycard zien, mevrouw.

Keycard to the vault.
De sleutelkaart van de kluis.

Then about the keycard.
En toen over de key-card.

They took my keycard.
Ze hebben m'n pasje.

Especially this one from the keycard.
Vooral die van deze kaart.

I need the keycard for the outside door.
Ik heb de pas nodig voor de buitendeur.

There's a keycard in my pocket.
Er zit een keycard in mijn jaszak.

I used that stolen keycard.
Ik gebruikte die gestolen sleutelkaart.