WANTS TO KNOW WHEN - vertaling in Nederlands

[wɒnts tə nəʊ wen]
[wɒnts tə nəʊ wen]
wil weten wanneer
want to know when
like to know when
wanna know when
need to know when
wilt weten wanneer
want to know when
like to know when
wanna know when
need to know when

Voorbeelden van het gebruik van Wants to know when in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Mr Jessell wants to know when he's gettin' paid.
Hij wil weten wanneer hij betaald krijgt.
Wants to know when you will be back.
Ze wil weten wanneer je terug bent.
Wants to know when you're coming over for your clothes.
Ze wil weten wanneer je je kleren komt ophalen.
And, uh, holding on two, some woman who wants to know when Pooch will be home to make her lunch.
En onder twee wacht er een vrouw die wilt weten wanneer Pooch haar eten komt klaarmaken.
I was with Gerrin this afternoon… He wants to know when we are going to hit the Embassy.
Hij wil weten, wanneer we de ambassade gaan aanvallen. Ik was vanmiddag bij Gerrin.
Rhian wants to know when can we go to the house… to get pictures
Rhian wil graag weten, wanneer we naar het huis kunnen gaan… om wat foto's te halen
She's been calling your line, now she's calling mine, wants to know when you will be back.
Ze heeft geprobeerd je te bellen, nu belt ze mij. Ze wil weten wanneer je terug bent.
I want to know when his mobile was last used.
Ik wil weten wanneer zijn telefoon voor het laatst werd gebruikt.
Want to know when a slide is changed?
Wilt weten wanneer een slide is er veranderd?
I want to know when i'm gonna get moved.
Ik wil weten wanneer ik verplaatst zal worden.
Click here if you want to know when our villa is available.
Klik hier als u wilt weten wanneer onze villa beschikbaar is.
I want to know when you can crack the case.
Ik wil weten wanneer je de zaak oplost.
And you want to know when we're going to go panning for gold?
En jij wilt weten wanneer we goud gaan zoeken?
I want to know when it's done.
Ik wil weten wanneer het zo gebeurd is.
I want to know when I get a taste.
Ik wil weten wanneer ik er nou eens iets mee opschiet.
You want to know when to cut your losses?
Je wilt weten wanneer je verlies moet beperken?
So I want to know when, Paul.
Dus ik wil weten wanneer, Paul.
Ah! You want to know when we will be married.
Ah, je wilt weten wanneer we getrouwd zullen zijn.
I want to know when Eunice was last seen alive.
Ik wil weten wanneer Eunice voor het laatst levend werd gezien.
You want to know when to cut your losses?
Je wilt weten wanneer je moet opgeven?
Uitslagen: 79, Tijd: 0.045

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Engels - Nederlands