BAGUETTE - vertaling in Nederlands

stokbrood
baguette
pain
toverstok
baguette
toverstaf
baguette
coup de baguette magique
staf
personnel
bâton
équipe
l'état-major
staff
baguette
verge
crosse
sceptre
etat-major
stok
bâton
canne
coller
baguette
stick
baton
cane
matraque
piquet
perchoir
staaf
tige
barre
bâton
baguette
lingot
billette
rod
wand
mur
paroi
mural
baguette
cloison
eetstokje
palochku
baguette
sierlijst
aanwijsstok
dirigeerstok

Voorbeelden van het gebruik van Baguette in het Frans en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Computer category close
  • Programming category close
Et utilisé cette baguette.
En deze aanwijsstok gebruikt.
tarot pentacle, baguette et tarot tarot épée.
pentacle tarot, staf en zwaard tarot tarot.
Ressenti légèrement le long de la baguette.
Ik voelde iets over de lengte van de stok.
taquiné avec la magie baguette jouets.
geplaagd met magic wand speelgoed.
Incluant… cette baguette.
Inclusief… deze stok.
Ne le sois pas. Tout ce qui compte c'est qu'Emma a eu la baguette.
Het enige dat telt, is dat Emma de staf heeft.
J'avais une robe moulante et une baguette.
Ik had 'n strakke jurk en een aanwijsstok.
Baguette un morceau d'environ 15 cm pour une baguette de taille ordinaire.
Stok een stuk van ongeveer 15 cm voor een normale grootte wand.
Il avait une baguette bizarre.
Hij had een vreemd staf.
Il a la baguette.
Hij heeft de stok.
Lily la Tigresse m'a donné cette moitié de baguette.
Tijgerlelie gaf mij de helft van een staf.
Je sais que tu as la baguette.
Ik weet dat je de stok hebt.
Parce que j'ai besoin de savoir où cette baguette est cachée.
Ik moet weten waar die staf ligt.
a utilisé la baguette.
pap over het gebruik van de stok.
Si papa redevient lui-même, on a la baguette.
Als we gewoon focussen op pap, hij zal pap zijn, we hebben de stok.
Prenez tous la baguette.
Iedereen pak de stok.
J'aime Paris. J'aime la baguette.
Parijs is leuk, baguettes zijn zalig.
Disons que la seule baguette qui a servi, c'est celle-ci.
Het enige toverstokje dat in actie kwam was dit exemplaar.
La baguette avec laquelle les chefs d'orchestre dirigent.
Het stokje van een dirigent.
Elle a une baguette dans son sac?
Zit er 'n toverstokje in haar tas?
Uitslagen: 385, Tijd: 0.2907

Top woordenboek queries

Frans - Nederlands