Voorbeelden van het gebruik van April in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Ja. April en Jackson, we hebben de uitslag.
Dat is het verhaal van Eén April.
Ik heb April, Shaun.
Nee, dat is typisch April.
April Edwards en April Simmons in 1980.
Ik ben Meredith, de vriendin van April.
Ze wordt zes op 25 april.
Vriendin van April.
Hé.- Ik heb April Rose gevonden.
Ik ben nog nooit zo blij geweest dat een apparaatje van April het doet.
Deze niet, niet deze… April, Mulligan Lane Hotel.
Op een bruiloft met Matthew en April.
Ik hou van donderdag en van april.
April 1940 de avond voor de invasie.
April, 1945 de dag van de bevrijding.
April 1970 twee dagen voor de lancering.
Dinsdag 18 april, stille week, 1916.
April 2018 26 dagen voor de bruiloft.
April 2010 wie weet het nog meer?
Vervolgens, om de vijf jaar voor 1 april.