Voorbeelden van het gebruik van Ching in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Kind. Mevrouw Ching.
Ching is mijn vriendje.
Luister, Ching.
Freddy Ching van Crenshaw.
En Ching, jij bent?
Juffrouw Chen Ching Hua?
Ching, Micky is overgeplaatst.
Tian Ching heeft ons lastiggevallen.
Pas op, Ching.
Meester Ching. Meester Ching! .
En ik op luitenant Ching.
Daar is Ching Hua.
Xi Hai Ching.- Jouw.
Ching, niet bang zijn!
Chang Ching Hui, Uwe Majesteit.
Meesteres Ching. Edelman Jocard.
Ching… King is nu binnen.
Maar Tian Ching is toch dood? Tian Ching? .
Tian Ching hield van feesten.
Nu vlieg ik eruit, Ching.