Voorbeelden van het gebruik van Engel in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Onzin heeft de handen van een engel.
ik heb een engel ontmoet.
Genesis. De nakomeling van een engel en demon.
Je ziet eruit als een engel, Helena.
Ze heeft de adem van een engel.
Je bent nu bij mij, engel.
Brennan, je hebt de stem van een engel.
Maar je bent wel een engel.
Het gezicht van een engel.
Dank u. U bent 'n engel.
Judas, met het gezicht van een engel.
Maar hoe moet ik van een engel houden?
De stem van een engel.
Ramon, mijn gevallen engel. Jij ging voor mij,
Mevrouw engel. Ik ben het.
Mevrouw engel. Ik ben het, Leng.
Engel van vlucht 104--… bedankt.
Stille engel gevonden.
Welkom terug.-Mevrouw engel.
Teppei okamoto, manager 47: mijn engel het is oorlog.