Voorbeelden van het gebruik van Kostuum in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Dat kostuum is angstaanjagend.
Weet je wel hoe duur een kostuum is dat van vorm verandert?
De nacht van het kostuum.
je een lul hebt… nietwaar, kostuum?
Ik heb dat kostuum niet mee.
Ik heb een kostuum voor Stefan. Zelfs hij gaat.
Dit voorkomt schade aan het kostuum, als je dit gebruiken voor outdoor promotionele tours.
Ik vond zijn kostuum al geweldig,
Is dat mijn kostuum?
Hij draagt hetzelfde kostuum.
Hij moet vriendelijk zijn, kostuum.
Fijne… Elk jaar kiezen we een kostuum voor Halloween.
Dan heb je m'n kostuum nog niet gezien.
Je kostuum was van tule gemaakt, toch?
Een onderzoek van het kostuum maakt het duidelijk… Mijn cliënt was ondergedompeld in zonnebrand.
Excuseer me, monsieur, ik lach zeker niet om u, maar hierom, dit kostuum.
Droeg een kostuum.
Mitchel, dit is niet m'n kostuum!
Ik heb het kostuum.