Voorbeelden van het gebruik van Kostuum in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ik kan niet wachten je kostuum te zien, Dudley Do-Right.
Een kostuum winkel.
In uw kostuum.
het goed is dat we geen kostuum hebben?
Ik draag wel een kostuum.
Excuseer mij, voor mijn toewijding aan een kostuum.
Vestiaire, ik heb een kostuum nodig!
Is dat uw kostuum?
Ik liep door de school in mijn Rocky Horror kostuum.
Maar ik weet 't niet goed met heel dat kostuum concept.
Ik doelde op m'n kostuum.
Ik heb al mijn geld uitgegeven aan dit kostuum.
Maar we vonden een stuk… rood kostuum.
Zorg dat Miss Parkes u een kostuum vindt.
Mensen voelen zich niet op hun gemak bij 'n Salvatore in kostuum.
heb ik een kostuum nodig.
Ik heb elk kostuum opgespeurd.
We ruilen weer van kamer en van kostuum.
Met een kostuum.
Wat een kostuum.