NAR - vertaling in Duits

Narr
dwaas
gek
idioot
dom
nar
sukkel
stommeling
hofnar
zot
idioten
Hofnarr
hofnar
nar
clown
Nar
Narren
dwaas
gek
idioot
dom
nar
sukkel
stommeling
hofnar
zot
idioten
Hofnarren
hofnar
nar
clown

Voorbeelden van het gebruik van Nar in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Ja. Dat was de nar van m'n vader.
Ja. Er war der Narr meines Vaters.
Berichtgever en nar.
Bote und Hofnarr.
En die van de nar.
Meine und die des Narren.
Koning der narren en nar van de koning.
König der Narren und Narr der Könige.
Hij is een oplichter en een nar.
Er ist ein Scharlatan und ein Hofnarr!
Koning der narren. Nar van de koning.
Narr der Könige. König der Narren.
Koning der narren en nar van de koning.
König der Narren und Narr der Könige.
We hebben een ridder nodig, geen nar.
Ein Ritter muss her, kein Hofnarr.
zorg voor de spullen van de nar.
holt das Gepäck des Narren.
Giacomo lijkt meer op een nar dan op een moordenaar.
Giacomo scheint mehr Narr als Mörder zu sein.
Natuurlijk, lieverd. Kom je mee naar m'n kamer? Nar.
Natürlich, Hase. Begleite mich in mein Gemach, ja? Hofnarr.
Je moet het kind naar de nar brengen.
Bringt das Kind zum Narren.
En voor de siësta werd ik zijn nar.
Und noch vor seiner Siesta wurde ich sein Narr~.
De krankzinnige koning en zijn nar.
Der verrückte König und sein Hofnarr.
En die van de nar.
Und die des Narren.
Nee, jij niet, nar.
Nein, nicht du, Narr.
Ja. Dat was de nar van m'n vader.
Er war der Hofnarr meines Vaters.- Ja.
Wat vind jij van deze nar, Malvolio?
Was denkt ihr von diesem Narren, Malvolio?
We kunnen pas beginnen als de nar klaar is.
Wir können erst beginnen, wenn der Narr so weit ist.
Hij is een opIichter en een nar.
Er ist ein Scharlatan und ein Hofnarr!
Uitslagen: 127, Tijd: 0.0437

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits