ORGEL - vertaling in Duits

• Orgel
• Organ
• Instrument
• Orgelwerk
• Orgelempore
• Organs
• Orgeln

Voorbeelden van het gebruik van Orgel in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

Lk heb uw orgel gestolen.
Ich habe Ihre Orgel gestohlen.

Zwölf Trio's voor orgel, op.
Min. für Orgel Responsorium für zwei Orgeln, op.

Het orgel heeft 42 registers.
Das Instrument hat 42 Register.

distale tubulus in het orgel.
distalen Tubulus im Organ.

De belasting van de nieren neemt toe en de werking van het orgel is verminderd;
Die Belastung der Nieren nimmt zu und die Funktion des Organs ist gestört;

Maar hij had een aangeboren talent voor het orgel.
Aber er hatte diese angeborene Gabe, die Orgel zu spielen.

Elk orgel is weer anders
Jedes Instrument ist anders

In veel gevallen, nierziekte wordt veroorzaakt of overdreven uit andere verwante orgel problemen of ziekten.
Vielfach, Nierenerkrankungen verursacht wird oder von anderen verwandten Organ Probleme oder Krankheiten übertrieben.

groeien de wanden van het orgel.
wachsen die Wände des Organs.

drums en een orgel.
Drums und Orgel.

Dan nemen we het orgel in zijn geheel of in gedeelten mee naar onze werkplaats.
Dann holen wir das Instrument ganz oder in Teilen in unsere Werkstatt.

Hun werk wordt verzorgd door hetzelfde orgel- het hart.
Ihre Arbeit wird vom selben Organ- dem Herzen- geleistet.

Ik liep langs 'n kerk, en hoorde het orgel.
Ich lief durch die Kirche und hörte die Orgel.

In de loop der jaren werd het orgel herhaaldelijk veranderd,
Im Laufe der Jahre wurde das Instrument mehrfach verändert,

mannelijke orgel, dij of Lies.
männliche Organ, Oberschenkel oder Leistengegend.

En jij speelde orgel, orgelpompstertje.
Und du hast die Orgel gespielt, du kleine Orgelspielerin.

Hij speelde orgel.
Er spielte Orgel.

Het klinkt als een orgel.
Er klingt wie eine Orgel.

Net een orgel.
Wie eine Orgel.

Dat betekent dat je orgel gaat spelen.
Das heißt, dass du Orgel spielst.