Voorbeelden van het gebruik van Uitgedaagd in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Hij heeft mij uitgedaagd.
Wij hebben Apophis uitgedaagd.
Maar hij werd uitgedaagd.
Dat je Mia hebt uitgedaagd.
Ik werd uitgedaagd.
Hij heeft de prinses uitgedaagd.
Denk je dat ik hem uitgedaagd heb?
Maar je hebt mensen altijd uitgedaagd.
Jamis heeft hem uitgedaagd.
Heeft hij je uitgedaagd?
Vettius heeft me uitgedaagd.
hij honger heeft of uitgedaagd wordt.
Hij heeft Knoxville uitgedaagd.
Als we uitgedaagd worden.
Uhuru heeft me uitgedaagd.
Dat begrijp ik. Maar hij werd uitgedaagd.
Wacht. Ik heb je uitgedaagd en ik heb gefaald.
Een stierachtige wesen die in woede van gedaante verwisseld als het wordt uitgedaagd.
Ik denk dat we worden uitgedaagd.
Waarmee heb je hem uitgedaagd?