WONNEN - vertaling in Duits

gewannen
winnen
krijgen
winst
verslaan
aantrekken
siegten
winnen
zegevieren
overwinnen
overwinning
verslaan
zeges
triomferen
Sieg
overwinning
zege
winst
winnen
victorie
triomf
nederlaag
verslaan
waren siegreich
errang
behalen
winnen
krijgen
verwerven
veroveren
boeken
gewonnen haben
hebben gewonnen
hebben opgedaan
hebben gekregen
is gewonnen
hebben verkregen
verworven hebben
gewann
winnen
krijgen
winst
verslaan
aantrekken
gewinnen
winnen
krijgen
winst
verslaan
aantrekken
gewonnen
winnen
krijgen
winst
verslaan
aantrekken
gesiegt
winnen
zegevieren
overwinnen
overwinning
verslaan
zeges
triomferen

Voorbeelden van het gebruik van Wonnen in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Hierop wonnen we de oorlog.
Da gewinnen wir den Krieg.
Maar de waarheid is dat we vanavond wonnen doordat ik niet alleen was.
Aber in Wahrheit haben wir heute Nacht gesiegt, weil ich nicht allein war.
En de Texanen wonnen.
Und die Texaner gewannen.
ze samen vochten en wonnen.
sie zusammen kämpften. Und siegten.
In 1950 wonnen ze de USSR Cup.
Gewann sie den Federation Cup.
Blijkbaar wonnen we hun quadrillion-dollar familie wedstrijd.
Es scheint als hätten wir deren Quadrillionen-Dollar Familienlotto gewonnen.
Oké. En de Kings wonnen de eerste wedstrijd van de finale.
Die Kings gewinnen das erste Spiel der Stanley-Cup-Finals. Okay.
Maar de waarheid is dat we vanavond wonnen.
Aber in Wahrheit haben wir heute Abend gesiegt, weil ich nicht allein war.
Wij verloren. Zij wonnen.
Wir verloren, sie gewannen.
De demonen wonnen.
Die Dämonen siegten.
Ze wonnen één wedstrijd en verloren twee keer.
Er gewann und verlor dabei jeweils zwei Kämpfe.
Een jaar later wonnen we de prijs.
Und wir gewonnen ein Jahr später den Preis.
De Yankees wonnen, bier en hotdogs.
Die Yankees gewinnen, Bier und Hotdogs.
Wij wonnen.
Wir gewannen.
Ze wonnen alle drie de wedstrijden.
Er gewann alle drei Wettbewerbe.
Wij wonnen, zijn nu hier.
Wir gewonnen, darum sind wir hier.
In Suffolk wonnen we zeker, dacht ik.
Wow. Ich war sicher, wir gewinnen dort.
Jij en Cecil wonnen de aanbesteding.
Sie und Cecil gewannen die Ausschreibung.
De Engelsen wonnen met 1-0.
England gewann die Serie 1-0.
Zij wonnen het spel, maar ik heb de hoofdprijs.
Die haben gewonnen, aber du bist der wahre Gewinn.
Uitslagen: 661, Tijd: 0.0508

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits