Voorbeelden van het gebruik van Afscheidskus in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Geef me een afscheidskus.
Vader Geeft u me geen afscheidskus?
Mag ik je een afscheidskus geven?
wat dacht je van een afscheidskus?
Mag ik je een afscheidskus geven?
Geef je me dan tenminste een afscheidskus?
Mag ik je een afscheidskus geven?
Geef me nog één laatste afscheidskus.
Is dat een afscheidskus?
Dus kom hier en geef ons een afscheidskus.
Waar wacht je nog op, een afscheidskus?!
Je gaat nergens heen zonder me een afscheidskus te geven.
Wat, een afscheidskus of zoiets?
Dus geen afscheidskus, hè?
Geen afscheidskus voor'Jimmy'?
Waar is m'n afscheidskus, jij grote gek?
Oké, doen we een afscheidskus of houden we het profes.
Dus geen afscheidskus, hè? Bedankt?
Oké, doen we een afscheidskus of houden we het profes.
Aan het eind komt Maryam ons één voor één begroeten met een afscheidskus.