Voorbeelden van het gebruik van Artiest in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Artiest: claptone clean bandit.
Als artiest moet je offers brengen.
Ik ben gewiekst. Een artiest.
Nog een reizende artiest.
Gavin Christopher was een artiest uit Chicago.
Artiest: da tweekaz& sub zero project.
Een artiest kan zich niet alles permitteren.
Een wetenschapper, een artiest en een toeriste.
Daar bloeide ik op als zanger en artiest.
Jij bent een artiest, Jay.
Artiest: martin solveig whirlpool productions.
Als artiest moet je offers brengen.
Ik hoorde dat je een artiest bent.
Herhaal alstublieft. Speel artiest Norah Jones.
Ik ben meer schrijver dan artiest.
Artiest: metropole orkest ft. basement jaxx.
Een artiest haten altijd wat ze maken, Mevr Ibbetson.
Altijd al de artiest, Francis.
Ik ben een artiest.
Pardon, ik ben op zoek naar een artiest.