Voorbeelden van het gebruik van Ethel in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
En Ethel dan?
Ethel. Ethel, Ethel.
En Ethel? Zullen we haar uitnodigen?
Ethel, pak de theepot even.
Ethel, neem jij de theepot.
Het was Ethel. M'n kleedkamer uit.
Kom, Ethel. We hebben haar sleutels.
Ethel, als ik maar een andere kans had.
Ethel, dat is maar een publiciteitsverhaal.
Ethel, het is maar een publiciteitsverhaal.
Ethel en dat maffe boek van haar. Maar Ricky.
Ethel, dat is belachelijk.
Ethel, maak alsjeblieft geen grapjes.
Ethel, wil je ons excuseren?
Ethel, het is allemaal mijn schuld.
Ik vraag me af of Ethel klaar is met haar kostuum.
Ethel, waarom smeer je mij altijd Fred aan?
Ethel, je ziet er zo mooi
Ethel, hij gaat het doen!
Ethel ging dood, dus u had geld nodig.