Voorbeelden van het gebruik van Hij koopt in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Hij koopt de gebouwen van de oude.
Hij koopt twee pakjes plastic figuurtjes.- Ja.
Hij koopt auto-onderdelen vlak bij Rome.
Hij koopt alles voor ons.
Maar hij koopt een boot.
Daar. Hij koopt twee dozen plastic poppetjes.
Gappie zei dat hij koopt van jou voor 55 per kilo.
Hij koopt eten, speelgoed,
Nee, hij koopt ze van ene 'Carcamano'.
Hij koopt zwarte chips
Hij koopt dat bed?
Hij koopt vrouwen.
Hij koopt ze voor z'n Pepsi-vriendin.
Hij koopt Anacott Steel.
Hij koopt een opslagruimte en vertelt het niet aan zijn vrouw?
Hij koopt tijd.
Doelwit 2. Hij koopt een treinkaartje.
Hij koopt wat.