Voorbeelden van het gebruik van Ivar in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Wat wil je werkelijk, Ivar Lothbrok?
Ik weet het niet, Ivar.
Wat wil je nou werkelijk, Ivar?
Wat wil je nu echt, Ivar?
Hij dook op een dag op met zijn schepen. Ivar?
Ivar de Beenloze bedenkt een strategie wanneer de Vikingen onder druk komen te staan.
Ivar de Beenloze, gesel van de wereld.
Behalve Ivar dan.
Dat Ivar de Beenloze en z'n broer Hvitserk prins Igor hebben ontvoerd.
Dat Ivar de Beenloze en z'n broer Hvitserk prins Igor hebben ontvoerd.
Ik ben Ivar, de Botloze!
Je broer Ivar zei dat hij je zou sturen.
Waarom? Ivar, je bent een god.
Ivar, waar ben je?
De zoon Ivar, de Botloze, was zegevierend.
Ivar, je bent een god. Waarom?
Het is Ivar. Het is jammer dat je ons in de steek hebt gelaten.
Ivar, de botloze. Gesel van de wereld.
We gaan naar de zwarte bergen toe op zoek naar Ivar the boneless.
Vergroot Ivar Verploegh- Portrait of Ivar Verploegh, psychedelic mushroom expert.