Voorbeelden van het gebruik van Leena in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ik moet naar Leena.
Dezelfde die je bij Leena hoorde.
Die hoorde je ook bij Leena.
Omdat Leena.
jaren '80… jaren '70. Trouwens, het spijt me… Ik pakte je een beetje te hard aan bij Leena.
Leena's experimenten met verschillende vormen van creatieve expressie zijn nooit opgehouden.
Die andere Leena's… Er ie iets verkeerd.
He, Leena.
Ze heet Leena.
Leena, godzijdank!
Ik ben Leena.
Leena is hier.
Nietwaar, Leena?
Leena? Mijn God.
Voorzitter Mevrouw Leena LUHTANEN.
Leena, liefje?
Wie kwetste Leena?
Iemand?! Leena?
Artie heeft Leena vermoord.