Voorbeelden van het gebruik van Morgen vroeg in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Je gaat morgen vroeg weg.
Ik heb slaap en sta morgen vroeg op.
Hoss en ik moeten morgen vroeg wat koeien halen.
Ik wil dat je morgen vroeg opstaat.
Op tijd naar bed, morgen vroeg op.
Dan beginnen we morgen vroeg.
Nee. Ik moet morgen vroeg vertrekken.
Ik hoop niet dat je er morgen vroeg uit hoeft of zoiets?
Ik kan morgen vroeg thuis zijn.
Morgen vroeg op: half 7 vertrekt het vliegtuig naar Yajapura.
Ik moet morgen vroeg naar kantoor.
Morgen vroeg op voor m'n bekentenis.
Het spijt me, maar ik moet morgen vroeg weg.- Hallo.
Kom morgen vroeg naar de kade.
Van morgen vroeg was er een reiger in onze tuin bij de vijver.
We vertrekken morgen vroeg naar Nyaga.
Ik kom morgen vroeg, Zorg dat alles klaar is voor Channing.
Ik moet morgen vroeg beginnen.
Je moet morgen vroeg op.
Ik moet morgen vroeg op het werk zijn.